Idols... valse goden

U zult geen andere goden voor Mijn aangezicht hebben. Exodus 20:3

Luistert u liever, scroll dan naar beneden voor de audio versie

Dit is het eerste gebod uit de 10 regels (wet, voorschriften) die Mozes van de HEER ontving. Hieruit voortvloeiende stroomt de tweede regel voort waarin staat geschreven:

• U zult voor uzelf geen beeld maken, geen enkele afbeelding van wat boven in de hemel, of beneden op de aarde of in het water onder de aarde is.

  U zult zich daarvoor niet neerbuigen, en die niet dienen,

En wat zien we om ons heen? In onderhand elke winkel staan beeldjes van Boeddah. En daarmee zien we ze ook in vele huishoudens te pas en te onpas staan. Wat te zeggen van de talloze souvenirs uit Afrikaanse landen die mensen in hun huis halen. Of wat dichterbij huis, de goden uit Griekenland en Italië. En ga zo maar door.

Maar weten al die mensen wel wat ze in huis halen? Nee, helaas niet. Want wat kan zo'n 'onschuldig' beeldje nou voor kwaad. Vele onder hen hebben ze ook nog eens 'cadeau' gekregen. En ja, als het van je kinderen is gekregen of een goede vriend of vriendin, dan is het emotioneel wel lastig om het beeldje uit je huis te verwijderen. Natuurlijk zijn er vele andere soorten 'afgoden' in deze wereld. Onze mobiele telefoon kan een voorbeeld zijn. De televisie, popsterren, eten, drinken kunnen ons ook in de weg staan en onze afgoden worden. Mogelijkheden ten over in onze wereld.

Een aantal definities van idols zijn: 'een valse god', 'bedrieger', 'verzinsel', ' een vorm of verschijning die zichtbaar is maar geen substantie heeft'. De Herziene Statenvertaling noemt ze zelfs 'stinkgoden'. Duidelijke taal toch!

Maar wat halen mensen nou in hun huis? Het zijn afgoden. gesneden beelden, zoals de Bijbel het omschrijf, gemaakt door mensenhanden. Zonder ziel, zonder leven. Ze horen niets, ze praten niet, ze weten niets. Als je ze laat vallen zijn ze stuk en moet de mens ze oppakken en bij elkaar rapen. Bij de HEERE, Die de hemel en de aarde en de zeeën en al wat daarin is gemaakt is, is het een heel ander verhaal. Als wij vallen, dan tilt HIJ ons op.

De HEERE heeft onder andere via Jesaja veel passages opgetekend over deze afgoden, deze idols. Ik zal er een paar opsommen die treffend zijn.

Jesaja 46

Met wie wilt u Mij vergelijken en met wie op één lijn stellen?

Met wie wilt u Mij meten, dat wij elkaars gelijken zouden zijn?

6Zij schudden goud uit hun beurs

en wegen zilver op een weegschaal.

Zij huren een edelsmid, en die maakt er een god van.

Zij knielen, ook buigen zij zich ervoor neer.

7 Zij nemen hem op de schouder, zij dragen hem

en zetten hem op zijn plaats.

Daar staat hij en van zijn plaats wijkt hij niet.

Ja, roept iemand tot hem, hij antwoordt niet,

hij verlost hem niet uit zijn benauwdheid.

Jesaja 44:6

Zo zegt de HEERE , de Koning van Israël, zijn Verlosser, de HEERE van de legermachten: Ik ben de Eerste en Ik ben de Laatste, en buiten Mij is er geen God.

09De makers van beelden, allen zijn zij leegheid,

hun geliefde voorwerpen doen geen nut.

Ja, zijzelf zijn hun getuigen: zij zien niet

en zij weten niet. Daarom zullen zij beschaamd worden.

10Wie maakt er nu een god en giet een beeld

dat geen nut doet?

12 De ijzersmid smeedt een bijl,

werkt in de vuurgloed,

vormt het beeld met hamers,

bewerkt het met zijn sterke arm;

13De timmerman spant een meetlint uit,

tekent het hout af met een krijtstift,

maakt het glad met schaven,

tekent het af met een passer

en maakt het naar de vorm van een man,

naar de schoonheid van een mens, om het in een huis te laten wonen.

14Hij hakt voor zichzelf ceders om,

neemt een cipres of een eik,

en kweekt die voor zichzelf op tussen de bomen van het woud;

hij plant een olm en de regen maakt die groot.

15Ze dienen de mens tot brandhout,

hij neemt ervan en warmt zich erbij,

hij steekt het ook aan en bakt brood.

Ook maakt hij er een god van en buigt zich ervoor,

hij maakt er een gesneden beeld van en knielt ervoor neer.

16De helft ervan verbrandt hij in het vuur.

Bij die helft eet hij vlees,

braadt een braadstuk en wordt verzadigd.

Ook warmt hij zich en zegt: Ha,

ik word warm, ik zie vuur!

17Van de rest ervan maakt hij een god, zijn gesneden beeld.

Hij knielt ervoor neer, buigt zich,

bidt het aan en zegt:

Red mij, want u bent mijn god.

Wat wil ik nu eigenlijk zeggen. Dat de HEERE deze afgoderij, in welke vorm dan ook, heel serieus neemt en Hij heel duidelijk is in Zijn Woord dat wanneer wij zulke beeldjes -lees valse goden- in huis hebben of in ons persoonlijk leven toelaten, dat deze de plaats van de HEERE innemen. Helaas zijn er veel mensen die het 'bijgeloof' dragen dat wanneer ze deze beeldjes weg zouden doen, dat hen dan iets zou overkomen. Wat een leugen! Hoever is de leugen binnen gedrongen in de gedachten -en harten- van de massa mensen. Ze moesten eens weten hoe hun gedachten gehersenspoeld zijn door de leugengeest van deze wereld.

De Bijbel vertelt ons dat onze relatie met de HEERE Jezus is als een Bruidegom (Jezus) en Zijn Bruid (de gelovige in Jezus). Onze relatie met de HEERE is een huwelijksrelatie. In een huwelijk wil je geen andere man of vrouw in het spel. Zo ziet God het ook. Als wij die afgoden in huis zouden hebben, of iets of iemand anders dan God op de troon van ons hart zetten, dan is dat overspel in de ogen van de HEERE Jezus. Zo simpel is dat. En, dat is niet wat wij willen en niet wat Hij, onze Bruidegom Jezus wil.

Ik zie uit naar de spoedige komst van Jezus, onze Verlosser. Spoedig komt Hij ons redden uit deze wereld vol leugens, en misleidingen. Kom HEERE Jezus, Kom!

In afwachting van Zijn komst.

---